Dat je na een heerlijke ontspannen sauna avond thuis komt en je tas in het donker in je slaapkamer wegzet.
Dat je op iets trapt en in het donker een zwart beest ziet wegschieten.
Dat je hysterisch gillend het balkon oprent, veilig buiten,ver weg van dat enge zwarte monster.
Dat diegene die met me mee is geweest naar de sauna en ook compleet ontspannen was nu kapotte trommelvliezen en een hartverzakking heeft.
Dat diegene onder het bed en in alle kasten moet kijken.
Dat diegene niks kan vinden.
Dat diegene bezorgd zegt dat ik teveel met katten en krokodillen omga.
Dat ik niet meer weet of ik hysterisch moet huilen of de slappe lach moet krijgen.
Dat ik de situatie naboots en dan maar zeg dat ik op het hengsel van mijn tas heb getrapt.
Dat ik zachtjes vraag of diegene me raar of gek vindt.
Dat diegene zegt me niet raar, maar wel prettig gek vindt.
Dat ik op dat moment het zwarte beest weer langs zie rennen.
Dat diegene dat ook ziet.
Dat het de zwarte kat van de buren is.
Dat ik niet gek ben.
Dat dus.